Dertig jaar geleden werd het IJzeren Gordijn - dat Europa had verdeeld - opgeheven en werd de Koude Oorlog beëindigd. Opel introduceerde in 1991 de Astra F. Die auto heeft miljoenen mensen vrijheid geboden.
De zevende generatie van het compacte Opel-model was in grote lijnen anders. Ook qua naamgeving, want voor het eerst werd de naam Astra gekozen. Ten opzichte van zijn voorganger - de Kadett E - bood de Astra F aanzienlijk meer interieurruimte, terwijl de buitenmaten vrijwel gelijk bleven. Ook legde de Astra grote nadruk op milieubewustzijn. Zo was de auto in vergaande mate recyclebaar, een grote stap vooruit naar een circulair systeem voor grondstoffen.
De Astra F bleek een schot in de roos. Tussen 1991 en 1997 verkocht Opel zo’n 4,13 miljoen exemplaren. Daarmee is de Astra F nog altijd het bestverkochte Opel-model.
De keuze was reuze. Zo leverde Opel vijf benzinemotoren en een diesel. Deze viercilindermotoren waren allen voorzien van een geavanceerde nabehandeling van de uitlaatgassen. De 1,4-, 1,6-, 1,8-, en 2,0-liter benzinemotoren waren voorzien van driewegkatalysators en de 1,7-liter dieselmotor had een nieuw ontwikkelde oxidatiekatalysator.
In oktober 1991 waren de vijfdeurs hatchback, de vijfdeurs Caravan stationwagen en de sportieve Astra GSi als eerste leverbaar. Het topmodel GSi - alleen leverbaar als driedeurs ‘hot hatchback’ - was leverbaar met 85 kW (115 pk) of 110 kW (150 pk) 2,0-litermotoren. Het sterkste model had 16 kleppen en dubbele bovenliggende nokkenassen. De GSi 16V was de eerste auto in het segment met elektronische tractiecontrole.
In de lente van 1992 verscheen de vierdeurs sedan, een jaar later gevolgd door de cabriolet die werd gebouwd door het Italiaanse bedrijf Bertone.
De Opel Astra F was ook heel innovaties. Zo was het Multi-Info Display op de middenconsole een wereldprimeur. Het combineerde de schermen voor de radio, boordcomputer en controlelampjes op één plek in het blikveld van de bestuurder. De Astra F was ook de eerste in de compacte klasse met een Clean Air System dat de inzittenden beschermde tegen pollen, stof en vuildeeltjes.
Het Opel Safety System van de Astra F bestond uit onder meer dubbele balken in de portieren voor extra stevigheid bij een zijdelingse aanrijding, stoelen die met hun vorm voorkwamen dat de inzittenden bij een aanrijding onder de gordel door gleden en gordelspanners voorin die voorkwamen dat de inzittenden bij een aanrijding te ver naar voren bewogen. De passieve veiligheid nam in 1994 nog verder toe toen grote airbags voorin standaard werden.
De Opel Astra F diende ook als innovatieplatform voor alternatieve aandrijfvormen. De volledig elektrische Astra Impuls III liet zijn effectiviteit zien bij grootschalige testen op het Baltische eiland Rügen. Tien prototypes legden van 1993 tot 1997 in totaal 350.000 kilometer af. Vijf van de auto’s kregen hun stroom van een 45 kW nikkel-cadmium batterij, de rest had een 42 kW sodium-nikkel-chloride batterij. De Astra Impuls III had een topsnelheid van 120 km/u en een actieradius van 160 km.
In 1996 breidde Opel het onderzoek naar alternatieve brandstoffen uit met een reeks van 500 Astra Caravans die reden op aardgas (CNG). Geselecteerde bedrijven, lokale overheden en wagenparkbeheerders testten de auto’s onder alledaagse omstandigheden. Vandaag de dag is het Engineering Center van het Opel-hoofdkantoor in Rüsselsheim verantwoordelijk voor de ontwikkeling van alternatieve aandrijflijnen voor Stellantis.
Nu in de Opel Collection